De aanvankelijke bedoeling van de nulmeting was om na opheffing van de stadsdelen een inventarisatie te maken en controle te houden op afmetingen, status en welstand van de woonboten in Amsterdam. Het werd uiteindelijk het oplossen van sociale problemen, van illegaliteit, van onvergunde zaken en van veiligheidskwesties.
Onder de 2.800 woonboten zaten er 400 probleem gevallen, daarvan zo’n 80 excessen. In veel gevallen is handhaving uitgelopen op kort gedingen. De gemeente gebruikt de Woningwet en zorgplicht als instrumenten. maar laat de beoordeling van de zaak over aan een extern bureau. In meerdere situaties zijn Zorg & Wonen en de GGD ingeschakeld. Aan de beoordeling van welstand wordt niet meer toegekomen.
Ook in Noord zijn er een paar schrijnend situaties opgemerkt. Soms was er een nieuwe woonboot nodig. Andere keren waren de schulden zo hoog opgelopen dat voor vervangende woonruimte op de kant is gezorgd. Voor dit laatste heeft zich ook de afdeling van Rijkswaterstaat, die toezicht houdt op de waterkwaliteit, ingezet als er nog steeds niet was aangesloten op het riool.