Zienswijze WBK 26 april 2006 De Bongerd

Op 26 april is een inspraakavond in het stadsdeelkantoor gehouden over het Stedenbouwkundig Plan (SP) De Bongerd. Door vele bewoners en WBK is ingesproken.

Hieronder vindt u de zienswijze die door het WBK is ingediend.

Aan het Dagelijks Bestuur van het Stadsdeel Amsterdam- Noord
t.a.v. dhr. M. Linnenkamp
Postbus 37608
1030 BB Amsterdam

Amsterdam, 11 mei 2006

Betreft: Zienswijze SP De Bongerd van april 2006

Ter aanvulling op- en uitwerking van onze inspraakreactie van 26 april 2006 volgt hier onze zienswijze op het SP voor de Bongerd. We vragen uw aandacht voor de volgende bezwaren tegen de plannen voor De Bongerd:

1) De procedure

De hele gang van zaken rondom de recente planvorming is procedureel onzorgvuldig. De wijzigingen ten opzichte van het SPVE van 1999 zijn zo omvangrijk dat een nieuwe procedure noodzakelijk is. Eerst zou een SPVE, met uitgangspunten op hoofdlijnen, moeten worden vastgesteld in de Raad. Daarna kan dan een stedenbouwkundig plan, met gedetailleerde uitwerking, worden opgesteld. De huidige gedetailleerde uitwerking van het SP stelt ons voor voldongen feiten en geeft te weinig of geen gelegenheid tot inspraak op wijzigingen op hoofdlijnen. Dat maakt formele toetsing onmogelijk. Daarnaast zijn we onvoldoende, onvoldoende tijdig en niet conform de regelingen voor informatie- en inspraakavonden geinformeerd.

Wij maken bezwaar tegen deze gang van zaken en vragen u er zorg voor te dragen dat alsnog een zorgvuldige procedure conform ons democratisch inspraakrecht wordt afgewikkeld, door eerst een SPVE in  procedure te brengen en daarna een SP en deze inspraakprocedures te starten met een  informatie-avond voor alle betrokkenen, conform het vastgestelde beleid.

2) Uitvoering van de moties
Bij de hernieuwde start van het Bongerdoverleg op 22 november 2004 is door de projectmanager nog eens bevestigd dat de Moties Wiertz (1999) en Leefbaar Noord (2003), aangenomen door de stadsdeelraad, als uitgangspunt dienen en dat alle boten zouden worden ingetekend, inclusief de ontsluiting (parallelweg, parkeren). Het niet uitvoeren van de Moties heeft als gevolg dat bijna alle boten verplaatst moeten worden naar de sloot. Er is voor de plannen niet voldoende ruimte in de sloot en zeker niet als daar nog 8 nieuwe ligplaatsen gecreëerd worden. Er is duidelijk niet nagedacht over de 2.5 meter norm (zie onder punt 4).

Wij  maken dan ook bezwaar tegen het niet nakomen van afspraken en verzoeken u met klem alsnog de moties Wiertz (1999) en Leefbaar Noord (2003) uit te voeren.

3) Uitbreiding van de plangrens, inclusief schrappen van tuinen deelgebied 5
Wij hebben ernstige bezwaren tegen het uitbreiden van de bestemmingsplangrens van deelgebied 5. De bestemmingsplangrens vanaf de Vlakkerweg is doorgetrokken tot aan de Klaprozenweg zonder dat een voorbereidingsbesluit is genomen, de wijziging is niet gepubliceerd en niet aan de betrokken bootbewoners bekend gemaakt. De bewoners zijn overvallen door de plannen en worden voor voldongen feiten geplaatst.  Dit lijkt onbehoorlijk bestuur. Voor het gehele deelgebied 5 vanaf de Druivenstraat tot aan de Klaprozenweg wordt een nieuw bestemmingsplan gemaakt. Een bestemmingsplanprocedure wordt gestart door middel van een voorbereidingsbesluit, via publicatie en/of bewonersbrief. Wij hebben grote twijfels of er een voorbereidingsbesluit voor het genoemde gebied is genomen. Indien dit niet het geval is dan dient dit alsnog plaats te vinden.

Saillant detail in het SP is bovendien het volgende: Uit de verdeling van het ruimtegebruik zoals dat te lezen valt in het staatje op pagina 47 van het SP blijkt overigens dat er in Deelgebied 5 alleen ruimte is voor openbaar groen en verharding. Op dit moment echter, hebben de bewoners in dit deelgebied tuinen in gebruik, waarvoor er krachtens een uitspraak van het Amsterdamse Hof een gebruiksovereenkomst bestaat.

Het spreekt voor zich dat de bewoners deze tuinen willen blijven gebruiken en het onacceptabel vinden als zij in dit plan plotseling “uitgegumd” blijken te zijn.

4) Inpassing van de woonboten, constructiehoogte
Het is wel degelijk mogelijk om alle woonboten met tuinen en opstallen in te passen en er is door de stadsdeelraad geen besluit genomen dat woonboten met twee verdiepingen op termijn weg zouden moeten uit Zijkanaal I. Toch zou een groot deel van de woonboten in Zijkanaal I volgens het SP op termijn moeten worden verplaatst of hun bovenverdieping zou afgebroken moeten worden, omdat de bouwhoogte op 2,5 m is gesteld, voor zichtlijnen op het water. Het is onjuist dat bij 2,5 meter hoogte van een woonboot nog enig zicht op het water is en het is ondenkbaar dat een woning op den duur de bovenverdieping zou moeten afbreken voor zicht op het water. Bouwhoogte kan dus geen reden zijn om woonboten af te breken of te verplaatsen. Er bestaat overigens geen recht op uitzicht op water- net zo min als op het land. Als dat zo was, dan zou de Bongerd niet gebouwd kunnen worden. Ook op 26 april is vanuit het stadsdeel geen antwoord gegeven wat in dit plan op den duur feitelijk betekent.

We maken bezwaar tegen het opnemen in het SP dat “ op termijn”  de boten hoger dan 2.5 meter moeten verdwijnen.

5) Constructiehoogte woonboten in het kader van de Nadere Regeling Woonboten.

Wij hebben ernstige bezwaren tegen het door het Dagelijks Bestuur overnemen van de constructiehoogte van niet meer dan 2.5 meter vanaf de waterlijn zoals vastgelegd in de Nadere Regeling Woonboten van 1998.

Wij zijn tegen het implementeren van de NRW zoals het DB wil, omdat daarmee een uitsterf beleid van boten met twee verdiepingen wordt bewerkstelligd. De Nadere Regeling Woonboten (NWR) is vastgesteld om regels te stellen aan woonboten in nieuwe situaties en waar nog geen bestemmingsplan van kracht is. In artikel 4. van de NWR wordt dit aangegeven.  De woonboot, die ten tijde van de inwerkingtreding van deze voorschriften op een bepaalde locatie geoorloofd was krachtens het beleid en/ of een eerder daartoe verleende vergunning, mag- indien die situatie strijdig is met deze voorschriften – op die locatie gedeeltelijk worden vernieuwd  of veranderd mits daardoor geen grotere afwijking van deze voorschriften ontstaat. In geval van tenietgaan ten gevolge van een calamiteit mag- indien de oude situatie strijdig is met de voorschriften- de woonboot geheel worden vernieuwd, mits daardoor geen grotere afwijking van deze voorschriften ontstaat.  Het overnemen van deze regeling in het SP met het oog om dit in het bestemmingsplan voor deelgebied 5  op te nemen zal juridisch geen stand houden. Op grond van het beleid (ruim 20 jaar) is vergunning verleend om de woonboten gelegen aan het Koppelingpad en Verstuiverstraat een constructie hoogte van 6 meter hoog toe te staan en vallen de boten sinds 1999 onder het overgangsrecht. Hoewel de NRW (art. 3. lid 3) aangeeft dat het DB vrijstelling kan verlenen voor een constructiehoogte tot een maximum van 6 meter op bepaalde locaties, is recentelijk op een locatie die niet genoemd is voor vrijstelling ook een regeling voor een bestemmingsplan vastgelegd dat de woonboten tot 6 meter hoog mogen bouwen.

6) De tuinen, de ligplaatsen en hun privacy
Adekwate inpassing van de tuinen is een ander belangrijk punt. Dit kan zonder bezwaar en in overleg. Maar het laatste idee van  het projectbureau gaat uit van het afnemen van alle woonkwaliteit van de woonboten. Vanaf het water zal de rust en privacy van woonboten meer beperkt gaan worden door varende kijkers. Niet alleen de waterkant, ook de tuinkant wordt nu “voortuin”, als het aan het projectteam ligt. Aan de tuinkant zou dit milieutechnisch onzalige idee veel bestaande bomen, hagen en groen moeten kosten en zou de privacy van de woonboten verder beperken. Verder zijn de tuinen smaller ingetekend dan de afgesproken 6 meter (zie ook SP. Pag 13). In het SP op pag. 86 wordt de schuine kade meegeteld, maar de schuine kade kan niet meetellen, want is geen onderdeel van de tuin. De woonsituatie wordt nog verder verslechterd door het idee hangplekken van enkele meters te maken tussen woonboten. Daarvoor zouden niet alleen delen van particuliere tuinen moeten  worden opgeofferd. Planologisch zou het nog meer overlast opleveren voor de privacy, de veiligheid van de boten en ook de sociale veiligheid (geen controle vanuit de openbare ruimte, een stille ventweg achter het geluidsscherm). Het zou extra geluidsoverlast opleveren voor de overzijde van het kanaal. Beter is de 800 meter openbare oever – ter plaatse van de bestaande laad-loswal en de voormalige Mebin- daadwerkelijk te benutten voor recreatieve doeleinden en er één openbare “hang”plek in te richten. Nergens in het rapport is aandacht voor de werkelijke woonbelangen van de woonboten. Na 10 jaar hebben we nu wel eens recht op een kwalitatieve oplossing, waarvoor we zelf steeds bouwstenen aandragen.

We maken bezwaar tegen het moedwillig in alle opzichten verslechteren van de woonkwaliteit voor woonboten in De Bongerd, we verzoeken met klem er zorg voor te dragen dat de belangen van nautische veiligheid, privacy en sociale veiligheid van de woonboten  worden gewaarborgd en de voorstellen van het WBK daartoe over te nemen.

7) Inpassing van de woonboten, opstallen
Er zijn in het SP geen opstallen bij de woonboten ingetekend.

We maken bezwaar tegen het niet nakomen van de afspraken en verzoeken de woonboten, hun tuinen  en hun opstallen op te nemen conform de regeling zoals aangegeven in het bestemmingsplan Kadoelen Oostzanerwerf en voor “ de noordelijke singel”. Toegestane maten van de woonboten: 20m x 7m x 6m. We maken bezwaar tegen het scheppen van allerlei onduidelijkheden, zoals het ontbreken van een regeling voor planschade.

8) De sloot (singel)
Op de plantekening is niet te zien of  “de noordelijke singel”  ook werkelijk 20 meter breed is of wordt en hoe de tuinen zijn opgenomen. SP, pagina 148: Voor de eerste bewoners wordt de noordelijke oever zo spoedig mogelijk voorlopig ingericht. Hiermee samenhangend: wanneer zijn de ligplaatsen in “ de noordelijke singel” gereed?

De vraag is nog steeds of en wanneer de sloot geschikt is of kan worden voor woonboten. Ook dit is een onduidelijkheid, waarover wij opheldering vragen. Wij maken er bezwaar tegen dat er zo slordig met de belangen van woonboten wordt omgesprongen.

9) De horecagelegenheid
De horecagelegenheid is nu zo gepositioneerd dat veel bewoners, met name aan de overkant,  daar geluidsoverlast van kunnen verwachten. Er is in het SP geen rapport getoond dat de horecagelegenheid aan de normen van geluidsoverlast voldoet en dat rekening is gehouden met geluidsoverlast voor de nabij gelegen woonboten. Geluid draagt ver over water.
Het is daarom zaak opnieuw te bekijken of en zo ja, waar een dergelijke onderneming gebouwd zou kunnen worden, zodat bewoners er geen last van hebben. Bovendien is de horecagelegenheid boven het tunneltracé getekend en dat lijkt ons geen zorgvuldige afweging.

Wij maken bezwaar tegen een horecagelegenheid aan het water, waarvan we veel geluidsoverlast verwachten, en maken bezwaar tegen de gekozen plek in het bijzonder.

10) De geluidsbelasting
De geluidsbelasting zou worden bepaald om goede geluidswerende maatregelen te kunnen treffen. De woonboten aan de overkant van Zijkanaal I zouden worden meegenomen in het geluidsonderzoek. Deze punten zijn echter niet in het SP overgenomen. Wel worden geluidstechnische redenen genoemd om de woonboten te verplaatsen. Maar een geluidswal (of transparant scherm) op de juiste hoogte neemt elk bezwaar weg. Het argument om woonboten te verplaatsen in verband met de geluidsbelasting is verder in tegenspraak met de aangenomen moties voor inpassing en het (overgangs)recht van de woonboten in het kader van de Nadere Regeling Woonboten. Het argument om geen woonboten met twee verdiepingen toe te staan vanwege geluidshinder, wordt opgelost door een transparant geluidsscherm van 3 meter hoog tegen verkeerslawaai en zo dicht mogelijk naast de tunnelweg te plaatsen. Dan zijn de woonboten aan beide zijden van het Kanaal beschermd tegen geluidsoverlast en kunnen de woonboten met twee woonlagen op hun plek ingepast worden.

We maken bezwaar tegen de argumentatie om woonboten te verplaatsen op grond van geluidstechnische redenen. We verzoeken dringend alsnog het geluidsonderzoek te laten uitvoeren ten behoeve van het scheppen van voorwaarden om de woonboten in te passen conform de moties en in adekwate geluidsschermen van 3 meter hoog te voorzien.

11) De tunnel & milieuoverlast / luchtkwaliteit
Het maken van een nieuwe zware verbinding tussen A10 en Klaprozenweg door een bestaande en nieuwe woonwijk blijft wat ons betreft ongewenst en onnodig. We blijven als WBK dan ook tegen de aanleg van de tunnel, zeker gezien de te verwachten  milieutechnische problemen voor het hele gebied (geluid, luchtkwaliteit, sociale veiligheid). Er zijn ons nog geen rapporten getoond waarin de leefbaarheid van onze buurt wordt gegarandeerd. De nieuwbouw langs de tunnelmonding is wat dat betreft niet hoopgevend: de nieuwe gebouwen staan afgekeerd van het water en hebben geen deuren en te openen ramen aan de tunnelzijde!
In de planvorming lijkt onvoldoende rekening te worden gehouden met de geluidsbelasting voor de onmiddellijke bewoners aan beide zijden van het kanaal. De geluidswal die hen moet beschermen is slechts twee meter hoog.
Het luchtkwaliteitrapport heeft de effecten van de tunnel niet meegenomen. Sowieso is los van de tunnel bij aanleg van de een woonwijk van minimaal 1400 woningen een toename van verkeer en daarmee fijnstof te verwachten. Hoewel Europese regelgeving niet toestaat dat deze concentraties toenemen in gebieden waar deze fijnstof norm wordt overschreden (wat in heel Amsterdam het geval is), wordt hieraan voorbij gegaan. De consequenties van met name de tunnelmondingen van de tunnel zijn niet eens berekend! Het lijkt dan ook waarschijnlijk dat met een tunnel de leefbaarheid niet kan worden gegarandeerd voor woonboten én nieuwe woningen.
Beter is dan ook om de tunnel niet aan te leggen als nieuwe hoofd verkeersader in Noord (voor de met name de noordelijke IJ-oever), maar de eerdere alternatieven van het WBK (via de Cornelis Douwesweg) te benutten.
In de huidige verkeersstudies worden cijfers gehanteerd die weer hoger zijn dan eerder in de Mobiliteitsstudie Noord (2004) genoemd. Er wordt nu gesproken van cijfers tot 13.800 autobewegingen die als zeer zwaar worden betiteld (vergelijk A10 noord boven de 10.000 autobewegingen).

We vragen u er zorg voor te dragen dat de Bongerdweg, zoals aanvankelijk was bedoeld, een lichte ontsluitingsweg wordt voor de Bongerd zelf en niet een zware verbindingsweg met tunnel, met het doel problemen van andere wijken op te lossen.

12) Fietsbruggen en duikersbruggen
In de laatste concept plannen moeten ook nog steeds minimaal 6 of 7  bestaande ligplaatsen verdwijnen voor fietsbruggen en duikersbruggen. Het verlies van drie plekken kan worden voorkomen door ter plaatse van de aansluiting van de nieuw te graven singels op het Zijkanaal I geen bruggen te maken, maar duikers (verbinding van singel en kanaal via ondergrondse buizen)  die tussen de boten kunnen worden gelegd. Eventuele nieuwe ligplaatsen in de singel kunnen met moderne technieken via het land worden bereikt.
De overige bestaande ligplaatsen zouden moeten wijken voor een tweede nieuwe fietsbrug. Deze is echter niet verkeerskundig noodzakelijk op deze plaats. Hierdoor kunnen nog drie plaatsen worden behouden.

De 2e fietsbrug
Uit verkeersonderzoek, in opdracht van het stadsdeel uitgevoerd, blijkt dat bij aanleg van twee beweegbare fietsbruggen in plaats van één (op minder dan 400 meter van elkaar!), een van de twee bruggen maar beperkt gebruikt zal worden.

Het WBK heeft daarom voorgesteld een nader onderzoek te doen naar de positionering van één fietsbrug  in het midden van Zijkanaal I, die loopt vanaf de openbare oever van de Bongerd naar het terrein ten noorden van het bestaande gemaal aan de oostzijde. Hierdoor wordt ook de verbinding met het bestaande fietspadennet aan de oostzijde van het kanaal verbeterd.  Er hoeft maar één brug te worden aangelegd en er kunnen drie bestaande ligplaatsen worden gespaard. Het WBK vindt het onvoorstelbaar dat een fietsroute door woonboten wordt gepland. Het is immers moelijk voorstelbaar dat voor een fietsroute huizen zouden moeten verwijnen. Bovendien is de aanleg voor een tweede fietsbrug (over woonboten heen) uit een eerder voorstel van het stadsdeel door de Raad van State afgewezen, de positionering op een andere plek maakt dit niet anders.

Overigens zal de fietsbrug van de Verstuiverstraat naar de Buiksloterdijk ook geluidsoverlast gaan vormen voor woonboten – en hun privacy- die in de buurt daarvan liggen.

We maken bezwaar tegen de overlast van een fietsbrug op de plaats waar woonboten liggen en in de omgeving daarvan en vragen u het voorstel van het WBK over de positionering van één fietsbrug over te nemen.

13) Gelijke rechten en plichten
De woningen in de Bongerd zijn hoger dan een verdieping. Waarom dan een schoenendoosmodel langs het Zijkanaal I – Koppelingpad en Verstuiverstraat?  Conform het beleid van Amsterdam-Noord hebben woonbootbewoners gelijke rechten en plichten als huizenbezitters. In het SP wordt alleen bij het Koppelingpad en de Verstuiverstraat een constructiehoogte van 2.5 m. vanaf de waterlijn gehanteerd. De appartementencomplexen langs hetzelfde kanaal zijn echter meer dan 20 meter hoog.

Volgens het gelijkheidsbeginsel gaan wij er ook van uit dat woonboten in het plangebied De Bongerd dezelfde rechten hebben. Elders in het gebied, in vergelijkbare situaties, zoals in de Druivenstraat – Hoge Land – Pomonastraat – en  bij de Appelweg is voor woonboten een constructiehoogte van  6 meter opgenomen.

We maken dan ook bezwaar tegen de discriminerende maatregelen tegen woonboten aan Koppelingpad en Verstuiverstraat ten opzichte van huizen en woonboten elders in de Bongerd en verzoeken de toegestane maten op te nemen zoals die elders gelden in het gebied, van 20m x 7m x 6m.

Het WBK verzoekt het Dagelijks Bestuur een nieuw SPVE te laten opstellen en er voor te zorgen dat de woonboten aan Koppelingpad en Verstuiverstraat op hun huidige plaatsen    kunnen blijven liggen conform de regeling van het bestemmingsplan Kadoelen/Oostzanerwerf, met hun tuinen en opstallen. Ook de ligplaatsen die volgens het SP worden opgeheven aan de Verstuiverstraat en Buiksloterdijk voor een fietsbrug, en de boten bij de Vlakkerweg en de Appelweg die moeten wijken voor duikersbruggen, dienen gehandhaafd te blijven. Wij vragen u de plangrenzen van plangebied de Bongerd te respecteren. Wij vragen u verder om een rustige en veilige omgeving te creëren, waarin privacy en sociale veiligheid voorop staan,  voor bestaande èn nieuwe buurtbewoners.

Namens het Woonboten Komitee Zijkanaal I e.o.,

Gabriëlla Meerbach                    Gerda van Zelst

De bijlage met foto’s betreffende het rapport brugonderzoek De Bongerd is onderdeel van de zienswijze.