De gemeenteraad van Amsterdam krijgt het voorstel om vanaf begin volgend jaar ook de woonboten onder de huisvestingsverordening te krijgen.
De achtergrond hiervan is de toenemende hotelexploitatie van woonboten aan banden te leggen. De exploitatie van meerder woonboten door vaak eenzelfde eigenaar heeft vooral in de binnenstad de koopprijzen voor woonboten opgejaagd. Het uiteindelijk gevolg hiervan is dat bootbewoners met lage inkomens in de praktijk de stad worden uitgejaagd.
Amsterdammers kunnen reageren op de voorstellen in de Huisvestingsverordening Amsterdam 2020 en de bijbehorende stukken tijdens de inspraaktermijn. Die inspraaktermijn is zes weken en loopt van 1 juni 2019 tot en met 13 juli 2019. De gemeenteraad bespreekt de voorgestelde wijzigingen aan het eind van dit jaar en besluit of de voorgestelde wijzigingen worden doorgevoerd.
Inspreken? Dat kan vanaf zaterdag 1 juni.
Zie: www.amsterdam.nl/inspraak
Hieronder de voor woonboten relevante voorstellen.
Vanaf 1 januari 2020 gelden deze voorgenomen regels uit de Huisvestingsverordening óók voor woonboten. Dit betekent onder andere dat de regels voor kamerverhuur, vakantieverhuur en Bed & Breakfast voor woonboten en andere woningen vanaf 1 januari 2020 hetzelfde zijn.
bed & breakfast
Wanneer een gedeelte van de woning wordt verhuurd aan toeristen, heet dat
een B&B. Het idee voor de Huisvestingsverordening 2020 is: B&B’s moeten een vergunning aanvragen bij de gemeente. Per wijk is er een maximaal aantal vergunningen te vergeven (quotum). Hoe hoog dat quotum ligt is vooralsnog onduidelijk.
Als er in een wijk meer aanvragen voor een B&B vergunning zijn dan in het
quotum past, worden de vergunningen verloot.
Voor B&B houders die zich voor 1 januari 2019 bij de gemeente hebben aangemeld als B&B, en worden uitgeloot voor een vergunning, geldt een overgangsregeling. Zij kunnen hun B&B nog twee jaar volgens de oude regels voortzetten zonder vergunning.
Een B&B-vergunning geldt voor maximaal vijf jaar en wordt daarna, als het quotum in de wijk is bereikt, opnieuw verloot. Op die manier krijgt iedereen een kans op een vergunning.
Een andere belangrijke wijziging is dat alleen een eigenaar van een woning die daar zelf woont, de B&B mag exploiteren. Dit om te voorkomen dat één eigenaar meerdere B&B’s exploiteert. Daarnaast mag, naast het bestaande maximum van 40 procent van de woning, maximaal 61 vierkante meter verhuurd worden.
kamerverhuur
Sommige mensen huren een kamer in plaats van een zelfstandige woning. Bijvoorbeeld studenten en starters. Dit is een manier om ondanks de overspannen woningmarkt een woonruimte te vinden, maar het heeft vaak ook negatieve gevolgen voor de leefbaarheid in de (directe) omgeving van de woning. Omdat er meer huur kan worden gevraagd voor meerdere kamers dan voor een gezinswoning, wil Amsterdam ook de voorraad van zelfstandige (gezins)woningen beschermen.
Daarom komt er per wijk een maximum aan te verlenen vergunningen voor kamerverhuur. Ook komt er een maximum aan het aantal vergunningen per gebouw.
Deze vergunningen zijn tijdelijk. De vergunning vervalt voor een adres wanneer er gedurende drie maanden minder dan drie bewoners staan ingeschreven op het adres waarvoor de vergunning is afgegeven.
Om te zorgen dat een kleine kamer niet wordt gebruikt om te veel mensen te huisvesten en om overlast te voorkomen, mag er één persoon per kamer wonen. Iedere huurder krijgt ook een eigen en individueel huurcontract. Dit zorgt ervoor dat huurders meer rechtsbescherming hebben en een te hoge huur kunnen aanvechten bij de Huurcommissie.
Vanwege het feit dat huurders huurbescherming hebben, is er bij kamerverhuur niet voor gekozen een vast aantal jaren vast te stellen voor de duur van de vergunning.
Let op: huurders van ruimte op een woonboot hebben geen huurbescherming!
inwonende Amsterdammers
Een aantal jaren geleden was het een bekende en veelvoorkomende constructie: wonen bij een hospita. Per 2020 mag er maximaal één huishouden inwonen bij de verhuurder en mag de verhuur pas ingaan als de verhuurder er zelf twee jaar heeft gewoond. Voor mantelzorgers en familieleden geldt deze laatste voorwaarde niet.
vakantieverhuur
Sinds eind 2017 geldt een meldplicht vakantieverhuur, waarbij iedere periode van verhuur vooraf bij de gemeente gemeld moet worden. Sinds 1 januari 2019 is de verhuurtermijn voor vakantieverhuur verkort van 60 naar 30 dagen per jaar. Hierin worden in de huisvestingsverordening 2020 geen wijzigingen aangebracht, maar wél is de mogelijkheid opgenomen gebieden aan te wijzen waar een verbod op vakantieverhuur gaat gelden. Amsterdam onderzoekt of het noodzakelijk is om die maatregel voor een aantal wijken in te voeren.
Overzicht van voorgestelde wijzigingen en meer informatie hierover?
Zie: www.amsterdam.nl/wonen